Lanceerbases

Andøya Space Center – de noordelijke lanceerbasis

lancering van een sondeerraket
lancering van een sondeerraket vanaf Andøya Space Center.

Andøya Space Center is een lanceerbasis op het eiland Andøya in het noorden van Noorwegen. Het eiland bevindt zich ongeveer 2° ten noorden van de poolcirkel maar er is wel een vliegveld en er vertrekken dagelijks verschillende vluchten vanuit Tromsø en Bodø. Vanaf ACS en het nabijgelegen Svalbard kunnen sondeerraketten en luchtballonnen gelanceerd worden. ASC is tevens eigenaar van het ALOMAR lidar observatorium dat op de top van de nabije heuvel Ramnan op 380 meter boven zeeniveau staat.

Het centrum is eigendom van het Noorse ministerie van Handel en Industrie (90%) en Kongsberg Defence Systems (10). Klanten zijn onder andere de NASA, JAXA, ESA en verschillende universiteiten en instituten.

Sondeerraketten

ASC afficheert zichzelf als een uitstekende locatie voor het lanceren van sondeerraketten van zowel Andoya als Svalbard. Sondeerraketten worden gebruikt om instrumenten te testen die in satellieten en vliegtuigen gebruikt gaan worden maar sondeerraketten worden ook gebruikt om informatie te verzamelen over de Zon, sterren en de straling en atmosfeer van de Aarde. Het ALOMAR lidar observatorium kan assisteren in metingen en kan tegelijkertijd verschillende missies ondersteunen. Vanaf Svalbard, dat verder noordelijker ligt, kunnen ladingen gemakkelijk de scheidslijn tussen de magnetosfeer en de polaire gebieden bereiken. Dit is het gebied waar magnetische veldlijnen zich splitsen.

Locatie van Andøya
Locatie van Andøya

Ten noorden van Andøya bevindt zich de lege Noorse Zee waardoor er geen reden is om dure en gecompliceerde systemen aan boord van de raketten te bouwen die de hoogte en de koers van de raketten controleren. Het spaart gewicht waardoor de lading hoger komt of er kan gekozen worden voor een zwaardere lading.

In 2015 vestigden de NASA en de Amerikaanse marine het record voor het aantal raketmotoren dat tijdens een vlucht werd gebruikt. De lancering vond plaats vanaf Andøya en de raket gebruikte maar liefst 44 motoren. Het experiment was bedoeld om “stoffig plasma” te bestuderen. Dit zijn stof en gasmengsels die voorkomen in de mesosfeer. De mesosfeer is de atmosferische laag op een hoogte tussen 50 en 80 kilometer. De meeste motoren werden gebruikt om uitlaatgassen te genereren voor het experiment.

Andere experimenten die vanaf Andøya zijn uitgevoerd zijn o.a. de studie van oplichtende nachtwolken, geomagnetische activiteit, aurora’s en de effecten van ruimteweer op Aarde.

In 1995 lanceerde Rusland bijna een nucleaire raket toen een lancering vanaf Andøya verkeerd werd geïnterpreteerd. Toen de Russen het pad van de lancering nader bestudeerden zagen ze dat de lancering geen bedreiging was en werd de lancering van de kernkop afgebroken. De lancerende instantie op Andøya had 30 landen incl. Rusland ingelicht over hun activiteiten maar de Russische radarwetenschappers beweerden dat ze deze informatie niet hadden ontvangen.

De toenmalige Russische president Boris Jeltsin had na de ontdekking van de lancering 10 minuten om te beslissen wat hij zou doen en gelukkig waren de Russische waarnemers snel genoeg in staat om te zien dat de lancering niet richting Russisch grondgebied was en er geen bedreiging was voor Rusland.

ALOMAR

ALOMAR op Andøya
ALOMAR op Andøya

Naast raketlanceringen bevindt het Arctic Lidar Observatory of Middle Atmosphere Research (ALOMAR) zich op Andøya. ALOMAR is in 1994 opgericht. Er staan instrumenten van universiteiten en instituten uit 8 verschillende landen. Deze landen delen ook de kosten van het instituut.

ALOMAR beschikt over zowel passieve als actieve aardobservatiesystemen. De actieve systemen sturen laserpulsen of radarsignalen de atmosfeer in om zo de eigenschappen te meten. Passieve aardobservatiesystemen gebruiken de emissie van de atmosfeer of de absorptie van de straling om meer te leren over aanwezige aerosolen, sporengassen en andere eigenschappen. Dit onderzoek is belangrijk voor onze kennisopbouw over onze atmosfeer en wordt deels gesponsord door het Noorse ministerie van milieu in het kader van ozon en UV-monitoringsprogramma’s.

Door de toenemende interesse in klimaatverandering zijn er de laatste jaren ook instrumenten toegevoegd om de grenslaag van de atmosfeer te bestuderen, het transport van aerosolen in de troposfeer over lange afstanden te monitoren en de ontwikkeling van cirruswolken te bestuderen.

 

Eerste publicatie: 2 september 2017
Bron: space.com, Andøya Space Center, NASA: Sounding Rockets