Gepensioneerde Chinese maansonde werkt nog steeds
Na meer dan 2400 aardse dagen op de nabije zijde van de Maan verricht de Chinese maansonde Chang’e-3 nog steeds wetenschappelijk onderzoek.
Op 1 september 2020 bevindt de Chang’e-3 zich 2453 aardse dagen op de Maan. Verschillende wetenschappelijke instrumenten van de lander functioneren volgens het Lunar and Space Program Center van de China National Space Administration nog steeds.
Na het bestuderen van de naar de Aarde geseinde gegevens konden Chinese wetenschappers onlangs hun bevindingen over jonge gelaagde lavastromen in het noordoosten van Mare Imbrium rapporteren. Mare Imbrium is de locatie op de Maan waar de Chang’e-3 in december 2013 een zachte landing maakte.
Het oppervlak van de Maan bevat talrijke grote bassins die ongeveer 3,9 miljard jaar geleden zijn ontstaan tijdens grote bombardementen van asteroïden. Ze werden gevuld met donkere lavastromen van basalt van vulkanische uitbarstingen. De uitbarstingen produceerden opeenvolgende lagen basalt die in een vertikale volgorde werden gestapeld.
De maan-penetrerende radar aan boord van de Chang’e-3 helpt om onder het oppervlak te kijken.
Wetenschappers van de China University of Geosciences, de Yangtze universiteit en de Ningbo universiteit meldden dat ze drie lagen dun, jong basaltgesteente onder de maangrond op de landingsplaats van de Chang’e-3 hebben vastgesteld.
In eerdere onderzoeken werd aangenomen dat dit gebied is ontstaan uit één dikke laag lava.
De onderzoekers berekenden de ruimtelijke variatie en verdeling van de dikte van elke laag en ze bouwden een 3-dimensioneel stratigrafisch model van de jonge basaltlagen.
Volgens de onderzoekers zijn de jonge lavastromen in het noordelijke deel van Mare Imbrium afkomstig van dezelfde bron als de lavastromen in het zuidwestelijke deel.
De resultaten van hun onderzoek werden in het tijdschrift Geophysical Research Letters gepubliceerd.
De Chinese Chang’e-3 missie bestond uit een lander en de maanrover Yutu. Deze twee landden op 14 december 2013 op de Maan. Het was daarmee de eerste maanlanding sinds de Luna-24 missie in 1971 die door de Sovjets werd uitgevoerd.
De Chang’e-3 missie landde in de noordelijke Mare Imbrium. Dit gebied bevindt zich ver van de landingsplaatsen van de Amerikaanse Apollo’s en werd nooit eerder onderzocht.
De maanrover Yutu legde in totaal 114 meter af op de Maan en kwam toen door technische problemen tot stilstand.
De resultaten die door de Chang’e-3 missie werden verzameld hebben geleid tot verschillende publicaties in belangrijke internationale wetenschappelijke tijdschriften.
Wetenschappers denken dat de maansonde een bijdrage kan leveren in het begrijpen van de vroege geschiedenis van de Aarde. Men neemt algemeen aan dat Aarde en Maan een gezamenlijke oorsprong hebben. De vroege geschiedenis van de Aarde is echter door de vele geologische activiteiten uitgewist maar kan op de Maan nog worden bestudeerd.
Eerste publicatie: 14 september 2020
Bron: SpaceDaily
