Verouderde sterrenbeelden

Het sterrenbeeld Robur Carolinum       

het sterrenbeeld Robur Carolinum
Robur Carolinum staat als Robur Caroli II op kaart XX van de Uranographia van Johan Bode. Het sterrenbeeld bevond zich tegen de romp van het sterrenbeeld Argo Navis. Op andere sterrenkaarten werd hier vaak wolken of de Botsende Rotsen afgebeeld.

Het sterrenbeeld Robur Carolinum werd in 1678 als een gebaar van patriotisme door de Engelse astronoom Edmund Halley aan de sterrenhemel geplaatst. Het herinnert aan de eikenboom waar koning Charles II zich in verstopte na het verraad door de republikeinse krachten van Oliver Cromwell tijdens de Slag om Worchester in 1651. Halley maakte het sterrenbeeld uit sterren die voorheen tot Argo Navis behoorden.

Het sterrenbeeld ontstond na het bezoek van Halley in 1676 aan het eiland St. Helena in de zuidelijke Atlantische Oceaan. Van daaruit had Halley de zuidelijke sterrenhemel kunnen bestuderen. In 1678 presenteerde Halley de resultaten van deze studie aan de Royal Society in London en in het daaropvolgende jaar publiceerde Halley zijn catalogus van zuidelijke sterren, de “Catalogus Stellarum Australium”. Deze catalogus ging vergezeld van een kaart met daarop ook het nieuwe sterrenbeeld.

Volgens Halley bestond Robur Carolinum uit twaalf sterren. De helderste van deze sterren bevond zich in de wortels van de boom. Het was een ster van de 2de magnitude die we nu kennen als Bèta Carinae. De vierde ster uit de lijst van Halley bevind zich in de takken van de eik. Dit is een veranderlijke ster die we nu kennen als Eta Carinae. De catalogus van Halley was de eerste die deze ster noemde. Het sterrenbeeld Carina – Kiel werd overigens later door Nicolas Louis de Lacaille opgesteld toen hij het grote en onoverzichtelijke sterrenbeeld Argo Navis aan stukken hakte.

Halley beschreef het sterrenbeeld als een blijvende herinnering aan koning George II maar die herinnering bleek later toch minder permanent te zijn als het had gehoopt. De Franse astronoom Nicolas Louis de Lacaille ontwortelde de koninklijke eik toen hij 75 jaar later de zuidelijke sterrenhemel intensief bestudeerde. Ofschoon Bode het sterrenbeeld nog in zijn Uranographia had opgenomen werd het door de meeste astronomen genegeerd.

 

Eerste publicatie: 29 juli 2009
Volledige revisie: 24 april 2019