Tot in 2021 is de Voyager 2 helemaal op zichzelf aangewezen
Een grote radioantenne in Australië is wegens dringend groot onderhoud de komende 11 maanden niet beschikbaar. Gedurende die periode zal NASA niet in staat zijn om commando’s naar de ruimtesonde Voyager 2 te sturen. Voyager 2 bevindt zich momenteel in de interstellaire ruimte.
De radiotelescoop is even hoog als een gebouw van 20 verdiepingen en de schotel heeft een doorsnede van 70 meter. Deze DSS43 radioantenne van het Canberra Deep Space Communication Complex is momenteel de enige radioantenne op Aarde die in staat is om met de Voyager 2 van de NASA te communiceren. Voyager 2 is momenteel 18,5 miljard kilometer van de Aarde verwijderd. De radioantenne in Canberra is een belangrijke schakel in het Deep Space Network (DSN) van de NASA maar de 40 jaar oude radio antenne heeft dringend onderhoud nodig en moet gemoderniseerd worden.
Het onderhoud begint deze maand en duurt tot januari 2021. In die tijd kan NASA geen commando’s naar de Voyager 2 sturen. De ruimtesonde kan in die periode wel informatie naar de Aarde sturen dus het wetenschappelijke onderzoek dat de Voyager 2 verricht kan gewoon doorgaan.
Echter, als er de komende 11 maanden iets fout gaat dan zal NASA niet in staat zijn om in te grijpen.
Dat er iets mis kan gaan tussen nu en januari 2021 is een reële mogelijkheid. Enkele weken geleden lukte het de Voyager 2 niet om een verlangde draaiende beweging uit te voeren. Dit zorgde ervoor dat de ruimtesonde zijn wetenschappelijke instrumenten uitschakelde om op die manier energie te sparen. NASA heeft het probleem uitgebreid bestudeerd en na het sturen van wat corrigerende commando’s heeft de Voyager 2 inmiddels zijn normale routine weer opgepakt.
Om de komende maanden onverwachte problemen te voorkomen heeft de NASA de ruimtesonde in een soort van stille mode geplaatst. Als er dan iets abnormaals gebeurt, en met een ruimtesonde op leeftijd kan dat altijd, dan moeten de interne systemen van de ruimtesonde er voor zorgen dat het niet uit de hand loopt.
Het lijkt vreemd dat er slecht één radioantenne op de wereld in staat is om met de Voyager 2 te praten. Het DSN bestaat uit drie stations, in Australië, in Californië en in Spanje. Tezamen zorgen deze drie radioantennes er voor dat NASA tijdens de rotatie van de Aarde met alle ruimtesondes kan communiceren. Het probleem is echter dat Voyager 2 zich ten opzichte van het baanvlak van de Aarde naar beneden beweegt. Dit betekent dat de ruimtesonde alleen vanaf het zuidelijk halfrond is te volgen en dat kan dus alleen de antenne in Australië.
Een andere reden heeft te maken met de tegenwoordig zeer gedateerde technologie die voor de Voyager 2 is gebruikt. De ruimtesonde werd namelijk in 1977 al gelanceerd. De ruimtesonde kan alleen via de S-band communiceren. Het Canberra Deep Space Communications Complex is het enige station dat via de S-band op de vereiste frequentie en vermogen kan uitzenden
Het risico dat er met Voyager 2 iets gebeurt is reëel maar de reparaties en modernisering van het Canberra Deep Space Communication Complex zijn belangrijk en kunnen niet langer wachten. De radioantenne is 24 uur per dag, 365 dagen per jaar in gebruik en begint na 40 jaar onbetrouwbaar te worden.
De upgrades zullen er voor zorgen dat er minder onverwachte uitval zal zijn waardoor het systeem dus veel betrouwbaarder is. Bovendien wordt het complex met de modernste techniek uitgerust en dat is ook in het belang van de Voyager 2 missie en de andere lopende en toekomstige missies zoals de Perseverance rover die in juli 2020 naar Mars wordt gelanceerd, de aanstaande Artemis-missies naar de Maan en andere toekomstige missies naar Mars.
Eerste publicatie: 6 maart 2020
Bron: NASA
