Webb maakt nieuwe opname van het Sombrero-stelsel
De scherpe resolutie van het Mid-Infrared Instrument (MIRI) van Webb brengt details van de buitenste ring van het Sombrero-stelsel in beeld, waardoor inzicht ontstaan in de manier waarop het stof is verdeeld.
Het Sombrero-stelsel bevindt zich op een afstand van ongeveer 28 miljoen lichtjaar in de richting van het sterrenbeeld Virgo – Maagd. Het is ook bekend als Messier 104 en NGC 4594. Het spiraalstelsel werd op 11 mei 1781 ontdekt door de Franse astronoom Pierre Méchain.
Messier 104 heeft een diameter van ongeveer 49.000 lichtjaar en het is daarmee ongeveer 3 keer kleiner dan de Melkweg.
Het Sombrero-stelsel heeft een erg massieve kern die een supermassief zwart gat bevat. We kijken van de zijkant tegen het stelsel aan, onder een hoek van ongeveer 6° ten zuiden van zijn vlak. De donkere stofbaan domineert het beeld.
De klonterige aard van het stof, waar MIRI koolstofhoudende moleculen detecteert die polycyclische aromatische koolwaterstoffen worden genoemd, kan wijzen op de aanwezigheid van jonge stervormende gebieden.
In tegenstelling tot sommige sterrenstelsels die met Webb zijn bestudeerd, waaronder Messier 82, waar 10 keer zoveel sterren worden geboren als in de Melkweg, is het Sombrero-stelsel echter geen specifiek broeinest van stervorming.
De ringen van het Sombrero-stelsel produceren minder dan één zonsmassa aan sterren per jaar, vergeleken met de ongeveer twee zonsmassa’s van de Melkweg per jaar.
Het superzware zwarte gat in het centrum van het Sombrero-stelsel, ook bekend als een actieve galactische kern, is vrij rustig, zelfs met een forse 8 miljard zonsmassa.
Het wordt geclassificeerd als een AGN met een lage lichtsterkte, die langzaam invallend materiaal uit het sterrenstelsel op eet, terwijl het een heldere relatief kleine straalstroom uitzendt.
Ook in het Sombrero-stelsel bevinden zich zo’n 2000 bolvormige sterrenhopen, een verzameling van honderdduizenden oude sterren die door zwaartekracht bij elkaar worden gehouden.
Dit type systeem dient als een pseudolaboratorium voor astronomen om sterren te bestuderen – duizenden sterren in één systeem met dezelfde leeftijd, maar met verschillende massa’s en andere eigenschappen vormen een intrigerende kans voor vergelijkende studies.
Op de MIRI-afbeelding zijn sterrenstelsels met verschillende vormen en kleuren te zien op de achtergrond van de ruimte.
De verschillende kleuren van deze achtergrondsterrenstelsels kunnen astronomen vertellen over hun eigenschappen, waaronder hoe ver ze van ons verwijderd zijn.
Eerste publicatie: 26 november 2024
Bron: sci-news