Zonnestelsel Nieuws

Zijn de ringen van Saturnus de overblijfselen van dwergplaneten?

Saturnus en enkele van zijn grote manen
Saturnus en enkele van zijn grote manen

Een nieuwe studie suggereert dat de ringen van Saturnus, Neptunus en Uranus zijn samengesteld uit deeltjes van Pluto-achtige dwergplaneten die te dicht in de buurt van de reuzenplaneten zijn gekomen.

Astronomen denken dat er kort na het ontstaan van het zonnestelsel ooit duizenden objecten met de grootte van Pluto rondzwierven in de Kuipergordel. Dit is de ring van ijskoude objecten voorbij de baan van Neptunus. Maar 4 miljard jaar geleden veranderden er wat dingen in het zonnestelsel. Toen verplaatsten Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus zich een beetje naar hun huidige positie waarbij de asteroïdengordel tussen Mars en Jupiter en de Kuipergordel ernstig werden verstoord.

De grote zwaartekrachtsverstoringen die hierbij plaatsvonden zorgden er voor dat objecten zich naar de binnenste delen van het zonnestelsel verplaatsten waarbij er grote inslagen plaatsvonden op de planeten. Deze periode staat bekend als het Late Grote Bombardement.

In de nieuwe studie van een researchteam van de Universiteit van Kobe in Japan berekende dat een aanzienlijk aantal Kuipergordel objecten vermoedelijk voorbij de gasreuzen wist te komen. Deze groep van verschillende objecten met de grootte van Pluto kwam dicht genoeg bij Saturnus, Uranus en Neptunus om door de enorme zwaartekracht van deze planeten uit elkaar getrokken te worden.

Uitgevoerde computersimulaties van de onderzoeksgroep lieten zien dat tot 10% van de massa van de verwoeste dwergplaneet werd ingevangen in een baan om de planeten. Door de duizenden jaren heen zijn deze delen ook weer talloze malen tegen elkaar gebotst waarbij de stukken steeds kleiner werden en er ringen overbleven zoals we die nu kunnen waarnemen.

Het ontstaan van ringen bij planeten
De stippellijn laat de afstand zien waar de aantrekkingskracht van de planeet sterk genoeg is om passerende objecten uit elkaar te trekken. Sommige van de resulterende fragmenten worden in een baan om de planeet gevangen. Herhaalde botsingen tussen deze fragmenten zorgden er voor dat de fragmenten steeds kleiner worden waarbij de hun banen geleidelijk aan steeds cirkelvormiger worden waarbij de huidige ringen ontstaan. Credit: Hyodo, Charnoz, Ohtsuki, Genda 2016, Icarus.

De ringen van Saturnus bestaan voor ongeveer 95% uit waterijs. De ringen van Uranus en Neptunus zijn donkerder en bestaan vermoedelijk uit materiaal dat meer gesteente bevat. Het verschil kan worden verklaard met behulp van de dwergplaneettheorie aldus de onderzoekers.

Uranus en Neptunus zijn aanzienlijk zwaarder dan Saturnus en hebben daardoor een grotere aantrekkingskracht op objecten die passeren. Objecten die bij Saturnus een vergelijkbare zwaartekracht willen ervaren zullen volgens de onderzoekers inslaan in de atmosfeer van de planeet. Dus Uranus en Neptunus vingen de rotsachtige kernen van één of meerdere dwergplaneten en Saturnus stripte alleen de buitenste ijsachtige lagen.

Deze bevindingen geven aan dat de ringen van de reuzenplaneten een normaal bijproduct zijn van het ontstaan van de planeten in ons zonnestelsel.

Deze bevindingen impliceren ook dat de reuzenplaneten die we tegenwoordig bijna dagelijks ontdekken bij andere sterren vermoedelijk ook ringen hebben die door eenzelfde proces zijn ontstaan. Onlangs is voor het eerst het bestaan van een ringensysteem bij een exoplaneet bevestigd en toekomstige ontdekkingen van ringen en manen bij andere exoplaneten zullen ons meer leren over een herkomst.

 

Eerste publicatie: 2 november 2016
Bron: space.com