Deepsky

Messier 41 – NGC 2287

Messier 41 is een heldere open sterrenhoop op een afstand van ongeveer 2300 lichtjaar van de Aarde in de richting van het sterrenbeeld Canis Major – Grote Hond. De sterrenhoop heeft een visuele helderheid van 4,5 en bevindt zich in de buurt van de heldere ster Sirius. De sterrenhoop heeft de aanduiding NGC 2287 in de New General Catalogue.

Messier 41 bevindt zich ongeveer 4° ten zuiden van Sirius, een van de meest nabije sterren tot de Aarde. Samen met Sirius en Nu2 Canis Majoris kan de sterrenhoop in hetzelfde beeldveld van een verrekijker worden gezien. De sterrenhoop vormt een driehoek met de twee sterren en onder hele goede waarneemomstandigheden kan de sterrenhoop ook met het blote oog worden gezien.

Het is een relatief losse sterrenhoop die in kleine telescopen kan worden opgelost. Messier 41 kan het beste bij kleine vergrotingen worden waargenomen. Een 10 * 50 verrekijker toont een grote zwakke lichtvlek en grotere verrekijker lossen enkele sterren op. Kleine telescopen (10 cm) tonen ongeveer 40 sterren terwijl telescopen van 15 en 20 cm veel meer zwakkere leden tonen. De beste tijd van het jaar om Messier 41 waar te nemen zijn de maanden december, januari en februari.

Messier 41 beslaat een gebied van 38 boogminuten aan de sterrenhemel en dat is ongeveer gelijk aan de Volle Maan. De sterrenhoop heeft een fysieke doorsnede van 25 lichtjaar. De leeftijd wordt geschat op tussen de 190 en 240 miljoen jaar. De sterrenhoop verwijdert zich met een snelheid van 23,3 km/s van ons.

De sterrenhoop is geclassificeerd als Trumpler type I,3,r, wat betekent dat hij los staat van het omringende sterveld met een sterke concentratie in het centrum (I), dat hij bestaat uit zowel heldere als zwakke sterren (3) en dat hij rijk bevolkt is (r), met 100 of meer sterren.

Messier 41 bevat ongeveer 100 leden waaronder verschillende rode reuzen en een aantal witte dwergen. De helderste van de reuzensterren is een K3-type ster met een visuele helderheid van magnitude 6,3, zichtbaar nabij het centrum van de sterrenhoop. De oranje reus is ongeveer 700 keer helderder dan de Zon. De heetste ster in Messier 41 heeft de spectrale aanduiding A0.

De open sterrenhoop Collinder 121 bevindt zich op slechts ongeveer 60 lichtjaar van Messier 41, nabij de relatief heldere ster Menkelb Prior – Omicron1 Canis Majoris. Collinder 121 is een aanzienlijk zwakkere groep maar is vanwege zijn nabijheid mogelijk fysiek verwant aan Messier 41. De twee sterrenhopen liggen 4,6° uit elkaar.

Messier 41 - NGC 2287 in het sterrenbeeld Canis Major - Grote Hond
Messier 41 – NGC 2287 in het sterrenbeeld Canis Major – Grote Hond. Credit: By NOIRLab / NSF / AURA – https://noirlab.edu/public/es/images/noao-m41/, CC BY 4.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=96367172

Messier 41 werd vóór 1654 gevonden door de Italiaanse astronoom Giovanni Battista Hodierna en mogelijk omstreeks 325 voor Christus gezien door de Griekse filosoof en wetenschapper Aristoteles. In zijn werk Meteorologica maakte Aristoteles melding van een ster met een zwakke staart onder Sirius:

… sommige vaste sterren hebben staarten. En hiervoor hoeven we niet alleen af te gaan op het bewijs van de Egyptenaren die zeggen hem te hebben waargenomen; we hebben hem zelf ook waargenomen. Want een van de sterren in de dij van de Hond had een staart, zij het een zwakke: als je er goed naar keek, werd het licht zwak, maar bij een minder indringende blik was het helderder.

Het is niet zeker of de filosoof de sterrenhoop, een komeet of een deel van de Melkweg zag in de buurt van de ster d Canis Majoris.

De ster 12 Canis Majoris bevindt zich in dezelfde gezichtslijn als Messier 41 en is te zien aan de zuidoostelijke rand van de sterrenhoop. De ster bevindt zich veel dichter bij ons als Messier 41, op een afstand van 668 lichtjaar en maakt geen deel uit van de sterrenhoop. Het is een blauwe reus van spectraalklasse B7.

De Engelse astronoom John Flamsteed ontdekte de open sterrenhoop onafhankelijk op 16 februari 1702, net als de Franse astronoom Guillaume Le Gentil in 1749.

Charles Messier voegde de sterrenhoop op 16 januari 1765 toe aan zijn catalogus en beschreef hem als “een groep sterren onder Sirius, in de buurt van Rho canis Majoris,” en voegde eraan toe “deze sterrenhoop lijkt in een gewone telescoop van een voet nevelig; het is niet meer dan een groep van kleine sterren.”

John Herschel catalogiseerde Messier 41 als h 411 en voegde het later als GC 1454 toe aan de General Catalogue. Hij beschreef Messier 41 als erg groot, helder, een beetje samengedrukt; sterren van de 8ste magnitude en zwakker.”

Messier 41 – NGC 2287

Type objectOpen sterrenhoop
SterrenbeeldCanis Major – Grote Hond
Namen en aanduidingenMessier 41
NGC 2287
Collinder 118
Afstand (lichtjaar  – parsec)2300 – 710
Leeftijd (miljoen jaar)190 – 240
Aantal sterren100
Schijnbar ehelderheid (magnitude)4,5
Schijnbare grootte (boogminuten)38
Straal (lichtjaar)12,5

Locatie

De locatie van Messier 41 NGC 2287 in het sterrenbeeld Grote Hond - Canis Major.
De locatie van Messier 41 NGC 2287 in het sterrenbeeld Grote Hond – Canis Major. Credit: IAU and Sky & Telescope magazine (Roger Sinnott & Rick Fienberg)

Eerste publicatie: 6 juli 2025
Bron: Wikipedia, messier-objects & vele anderen