Deepsky

Messier 83

Messier 83 is een balkspiraalstelsel op een afstand van ongeveer 14,7 miljoen lichtjaar in de richting van het sterrenbeeld Hydra – Waterslang. Het sterrenstelsel heeft een schijnbare helderheid van magnitude 7,6 en een schijnbare grootte van 12,9 * 11,5 boogminuten. Het is zichtbaar in kleine en middelgrote telescopen. Het sterrenstelsel staat als NGC 5236 in de New General Catalogue en heeft de bijnaam Zuidelijk Windmolenstelsel. Het is een van de helderste en meest nabije balkspiraalstelsels aan de sterrenhemel.

Messier 83 heeft een zogenaamde isofotische diameter van 118.000 lichtjaar maar recentere waarnemingen geven een diameter van slechts 50.000 lichtjaar. Messier 83 kreeg de morfologische aanduiding SAB(s)c, wat aangeeft dat het een zwak balkspiraalstelsel (SAB) is met een zuivere spiraalstructuur (S) zonder ring en losjes gewikkelde spiraalarmen.

Het heldere centrale gebied van Messier 83 bevat een superzwaar zwart gat. Veel balkspiraalstelsels hebben zeer heldere centrale gebieden en het Zuidelijke Windmolenstelsel is daarop geen uitzondering. Dit komt doordat de centrale balk gas naar de kern van het stelsel transporteert, dat vervolgens wordt gebruikt om nieuwe sterren te vormen. Net als veel andere balkspiralen wordt Messier 83 geclassificeerd als een “starburst”-stelsel. Het ondergaat een snellere stervorming dan de Melkweg, met name in het centrale gebied.

Messier in het sterrenbeeld Hydra - Waterslang
Deze opname van de Hubble Space Telescope toont het nabije spiraalvormige sterrenstelsel Messier 83 in het sterrenbeeld Hydra- Waterslang. Messier 83 bevindt zich op een afstand van ongeveer 15 miljoen lichtjaar. De paarse en blauwe vlekken zijn gebieden waar nog actieve stervorming plaats vindt. Credit: NASA, ESA, Hubble Heritage Team (STScI/AURA)

Vanwege de gelijkenis met Messier 101, het Windmolenstelsel, kreeg Messier 83 de bijnaam “Zuidelijk Windmolenstelsel”. Net als zijn noordelijke tegenhanger is Messier van bovenaf zichtbaar en heeft het stelsel duidelijk zichtbare spiraalarmen. Messier 83 is iets helderder dan het noordelijke Windmolenstelsel maar lijkt veel kleiner. Het wordt soms ook wel het Duizend Robijnenstelsel en het Zeeschelpstelsel genoemd.

Net als zijn grotere naamgenoot ervaart het Zuidelijke Windmolenstelsel uitbarstingen van stervorming als gevolg van interactie met een kleiner buurstelsel. Astronomen denken dat Messier 83 in het verleden interactie heeft gehad met het merkwaardig gevormde dwergstelsel NGC 5253. De gebieden met de meest intense stervorming liggen langs de rand van de spiraalarmen van Messier 83, waar astronomen veel jonge stellaire groeperingen hebben gevonden die gevormd zijn uit de omringende gas- en stofwolken.

Het kleinere onregelmatige sterrenstelsel NGC 5253 bevindt zich in het naburige sterrenbeeld Centaurus. Het maakt deel uit van de Messier 83-subgroep van de Centaurus A/M83-groep van sterrenstelsels. Het dwergsterrenstelsel heeft een diameter van 27.300 lichtjaar en een schijnbare helderheid van magnitude 10,9. Het bevindt zich op een afstand van 10,9 miljoen lichtjaar en het werd op 15 maart 1787 door William Herschel gevonden.

NGC 5253 is een blauw compact sterrenstelsel, een klein sterrenstelsel met grote groepen van zware, hete jonge sterren. Blauwe compacte sterrenstelsels hebben geen uniforme vorm omdat ze bestaan uit sterrenhopen.

Het centrale gebeid van Messier 83 is vrij ongebruikelijk. Net als onze buur, Messier 31, lijkt Messier 83 een dubbele kern te hebben. Deze structuur werd in de jaren 2000 ontdekt door een internationaal team van astronomen met behulp van de Gemini South-telescoop.

De dubbele kern betekent niet persé dat Messier 83 twee zwarte gaten in zijn kern heeft, maar dat het enkele superzware zwarte gat in het sterrenstelsel mogelijk omringd wordt door een schijf van sterren die er omheen draaien, waardoor het lijkt alsof er een dubbele kern in het centrum van het sterrenstelsel is. In het centrale gebied van het sterrenstelsel is een dubbele circumstellaire ring gevonden. Als het sterrenstelsel inderdaad twee zwarte gaten bevat zullen die naar verwachting over ongeveer 60 miljoen jaar met elkaar in botsing komen.

De zichtbare kern van het sterrenstelsel ligt niet in het midden en astronomen hebben gesuggereerd dat dit mogelijk het gevolg is van het feit dat Messier 83 in het verleden een klein satellietstelsel heeft geabsorbeerd. De kern is mogelijk wat er nog over is van de kern van het kleinere sterrenstelsel. De zichtbare kern is ongeveer 200 lichtjaar verwijderd van de werkelijke dynamische kern.

De centrale kern van Messier 83 bestaat uit oudere sterren. Het sterrenstelsel bevat ongeveer 3000 sterrenhopen. Sommige daarvan zijn minder dan 5 miljoen jaar oud. De helderste groepen bevinden zich langs een boog nabij het centrum van het sterrenstelsel.

Opnames van het Zuidelijke Windmolenstelsel, gemaakt met de Hubble Space Telescope, hebben de overblijfselen van bijna 300 supernova’s onthuld, evenals clusters van nieuwe generaties sterren die ontstaan in de spiraalarmen van het sterrenstelsel. Een onderzoek uit 2024 identificeerde 5724 moleculaire wolken in het sterrenstelsel.

Waarnemingen met de Dark Energy Camera van de Victor M. Blanco 4-meter telescoop in Chili hebben de uitgestrekte halo van het sterrenstelsel en vele verre sterrenstelsels op de achtergrond vastgelegd.

In 2025 leidden waarnemingen met de Webb Space Telescope tot de eerste detectie van harde ioniserende straling in het kerngebied van Messier 83. Hoewel dit wijst op de aanwezigheid van een Actieve Galactische Kern als ionisatiebron bevestigt het dit niet definitief.

De Centaurus A/M83-groep

Messier 83 is het helderste lid van de M83-groep, een subgroep van de grotere Centaurus A/M83-groep. De sterrenstelsels van de groep bevinden zich in het sterrenbeeld Hydra – Waterslang, Centaurus en Virgo – Maagd. De Centaurus A Subgroep ligt gecentreerd rond het radio-sterrenstelsel Centaurus A.

De M83 en Centaurus A groepen worden soms als een enkele groep en soms als twee groepen sterrenstelsels beschouwd. Beide groepen maken deel uit van de Virgo Supercluster waartoe ook de Lokale Groep en de Virgo Cluster behoren.

Naast Messier 83 zijn de helderste leden van de M83-groep het onregelmatige sterrenstelsel NGC 5253 en het onregelmatige dwergstelsel NGC 5264. Deze sterrenstelsels hebben een schijnbare helderheid van magnitude 10,9 respectievelijk 12,4. NGC 5264 bevindt zich in de Waterslang en NGC 5253 in Centaurus. Het onregelmatige sterrenstelsel NGC 5408 van magnitude 12,2 bevindt zich in hetzelfde gebied maar zijn lidmaatschap van de groep is onzeker.

De helderste leden van de Centaurus A-groep zijn Centaurus A – NGC 5128, het balkspiraalstelsel NGC 4945 en het lensvormige sterrenstelsel NGC 5102 nabij Iota Centauri. Op een afstand van ongeveer 12 miljoen lichtjaar is Centaurus A het meest nabije radiosterrenstelsel. Centaurus A en NGC 445 staan in de Caldwell-catalogus vermeld als Caldwell 77 en Caldwell 83. Beide sterrenstelsels zijn zichtbaar in kleine en middelgrote telescopen.

Wetenswaardigheden

Messier 83 is een van de helderste spiraalstelsels aan de hemel, samen met Messier 31, Messier 33, Messier 81 en NGC 253.

Messier 83 werd op 23 februari 1752 gevonden door Nicolas Louis de Lacaille vanaf Kaap de Goede Hoop in Zuid-Afrika. Lacaille catalogiseerde het object als Lacaille I.6 en beschreef het als een “kleine, vormloze nevel”.

Messier 83 was het eerste sterrenstelsel dat buiten de Lokale Groep werd gevonden en het derde van alle ontdekte sterrenstelsels, na Messier 31 en Messier 33. Messier 81 en NGC 253 zijn beiden helderder en groter dan Messier 83 maar werden decennia na Messier 83 gevonden, in 1774 respectievelijk 1783.

Ten tijde van de ontdekking was de ware aard van het sterrenstelsel onbekend. Deze objecten werden gewoonlijk nevels genoemd. Pas begin 20ste eeuw ontdekte de Amerikaanse astronoom Edwin Hubble Cepheïde-veranderlijke sterren in Messier 31 en realiseerde zich dat de “nevel” te ver weg was om deel uit te maken van de Melkweg. Dit leidde tot de realisatie dat deze objecten in feite sterrenstelsels waren.

De Franse astronoom en kometenjager Charles Messier observeerde het stelsel op 17 februari 1781 en nam het in maart 1781 op in zijn catalogus. Hij merkte op: “Nevel zonder ster, nabij de kop van Centaurus: het is zichtbaar als een zwakke en gelijkmatige gloed, maar is moeilijk te zien met de telescoop omdat het minste licht dat de micrometerdraden verlicht het doet verdwijnen. Alleen met de grootste concentratie is het überhaupt te zien: het vormt een driehoek met twee sterren van geschatte 6de en 7de magnitude: [zijn positie werd] bepaald aan de hand van de sterren i, k en h in de kop van Centaurus.”

Het Zuidelijke Windmolenstelsel is het zuidelijke sterrenstelsel dat Messier catalogiseerde. Het is echter niet het meest zuidelijke Messier-object. De open sterrenhoop Messier 7, ook bekend als de Ptolemaeuscluster, bevindt zich enkele graden zuidelijker dan Messier 83.

De afgelopen eeuw zijn er 6 supernova’s waargenomen in het sterrenstelsel. Weinig andere sterrenstelsels hebben zoveel waargenomen supernova’s gekend. Messier 101 in de Grote Beer heeft er de afgelopen eeuw ook 6 gekend. Messier 61 in Virgo – Maagd huisvestte 8 supernova’s tussen 1926 en 2020. NGC 6946 – Vuurwerkstelsel op de grens van Cepheus en Cygnus kende 10 supernova\s tussen 1917 en 2017 en de huidige recordhouder, NGC 3690 in de Grote Beer kende 12 spernova’s tussen 1992 en 2024.

De Amerikaanse astronoom Carl Otto Lampland ontdekte de supernova SN 1923A op 5 mei 1923. De supernova haalde een helderheid van magnitude 14.

De Supernova 1945B werd op 13 juli 1945 gevonden door de Amerikaanse astronoom William Liller. Deze supernova bereikte magnitude 14,2.

De Mexicaanse astronoom Guillermo Haro ontdekte op 15 maart 195 supernova SN 1950B. deze haalde magnitude 14,5.

De Supernova SN 1957D was een type II supernova die op 28 december 1957 werd gedetecteerd. Het is een bijzondere supernova. Astronomen ontdekten de supernovarestant in 1981 op radiogolflengten, in 1987 in zichtbaar licht en pas recentelijk in röntgenstraling. Het spectrum van röntgenstraling wijst erop dat zich in het restant een pulsar bevindt en als dat inderdaad zo is dan is het de jongste bekende pulsar.

SN 1968L werd op 17 juli 1968 gevonden en geclassificeerd als een Type II-P supernova.

Supernova SN 1983N werd op 3 juli 1983 gedetecteerd. Dit was een Type Ia supernova en werd later het prototype van een waterstofarme Type Ib supernova.

Op 6 juli 1983 werd SN 1983N de eerste supernova waarvan de radiostraling met de Very Large Array werd waargenomen. De supernova bereikte een piekhelderheid van magnitude 11,5. Een jaar na de supernovagebeurtenis ontdekten astronomen ongeveer 0,3 zonsmassa aan ijzer in het restant van de supernova. Dit was de eerste keer dat astronomen zo’n significante hoeveelheid van het element aantroffen in materiaal dat tijdens een supernovagebeurtenis werd uitgestoten. De voorloper van de supernova zou een Wolf-Rayetster zijn geweest.

Het Zuidelijke Windmolenstelsel is een van de vele relatief heldere windmolenstelsels aan de hemel. Andere zijn o.a. Messier 101, NGC 3184, Messier 99 en NGC 300.

Positie

Messier 83 bevindt zich in het zuidoostelijke deel van het sterrenbeeld Hydra – Waterslang, nabij de grens met Centaurus. Het is veel gemakkelijker te vinden vanaf het zuidelijk halfrond omdat Hydra een zwak sterrenbeeld is en de noordelijkste heldere sterren van centaurus voor noordelijke waarnemers nooit erg hoog boven de horizon komen.

Messier 83 bevindt zich nabij de kop van centaurus, ongeveer halverwege tussen Gamma Hydrae en Theta Hydrae – Menkent, iets ten westen van de denkbeeldige lijn die de twee sterren verbindt. Met een helderheid van magnitude 2,99 is Gamma Hydrae de op één na helderste ster in de waterslang. De gele reus kan worden gevonden met behulp van de sterren van Spica’s Spanker, een asterisme gevormd door de helderste sterren in de raaf (Gienah, Algorab, Kraz en Minkar). Een lijn getrokken van Minkar door Kraz wijst in de richting van Gamma Hydrae.

Met een schijnbare helderheid van magnitude 2,06 is Menkent de derde helderste ster in Centaurus. De oranje reus is zelfs aan een lichtvervuilde hemel gemakkelijk te zien, maar kan lastig te identificeren zijn zonder de rest van het sterrenbeeld Centaurus. De iets zwakkere Iota Centauri – Kulou komt er net ten westen van op. Vanaf de middelste noordelijke breedtegraden blijven de twee sterren altijd dicht bij de horizon.

De positie van Messier 83 in het sterrenbeeld Hydra- Waterslang.
De positie van Messier 83 in het sterrenbeeld Hydra- Waterslang. Credit: Kuuke’s Sterrenbeelden/KStars

Messier 83 bevindt zich 6,5° ten zuiden en 3,15° ten oosten van Gamma Hydrae en 3,15° ten zuiden en 5,20° ten westen van de zwakkere ster Pi Hydrae.

Messier 83 is onder goede omstandigheden met een verrekijker zichtbaar.

Voor waarnemers ten noorden van de 60ste breedtegraad komt het sterrenstelsel nooit boven de horizon en het is het beste zichtbaar vanaf het zuidelijk halfrond.

De beste tijd van het jaar om Messier 83 en andere deepsky objecten in Hydra – Waterslang waar te nemen is in de maanden april of mei als het sterrenbeeld ’s avonds hoger boven de horizon klimt.

Messier 83 – het Zuidelijke Windmolenstelsel

SterrenbeeldHydra – Waterslang
Type ObjectBalkspiraalstelsel
Morfologisch typeSAB(s)c
Schijnbare helderheid (magnitude)7,6
Schijnbare grootte (boogminuten)12,9 * 11,5
Afstand (miljoen lichtjaar)14,7
Roodverschuiving0,001721
Heliocentrische radiale snelheid (km/s)508
Grootte (lichtjaar)118.000
Namen en aanduidingenMessier 83
NGC 5236
Zuidelijk Windmolenstelsel

Eerste publicatie: 22 april 2025
Bron: Wikipedia & vele anderen