Messier 56 – NGC 6779
Messier 56 is een bolhoop op een afstand van 32.900 lichtjaar in de richting van het sterrenbeeld Lyra – Lier. De bolhoop heeft een schijnbare helderheid van magnitude 8,3 en draagt de aanduiding NGC 6779 in de New General Catalogue.
Messier 56 is relatief eenvoudig te vinden. De bolhoop bevindt zich ongeveer halverwege de lijn van Albireo – Bèta Cygni naar Sulafat – Gamma Lyrae.
De bolhoop kan een uitdaging zijn in een verrekijker want hij is redelijk zwak en heeft geen heldere kern. In een grote verrekijker lijkt hij op een wazige vlek of een onscherpe ster. Om hem in afzonderlijke sterren te kunnen onderscheiden is een telescoop van 20 cm of groter nodig.
Met een 15 cm telescoop is een rode lichtbol te zien, maar zijn er niet veel details te onderscheiden. Met het blote oog is alleen het centrale gebied van de bolhoop te zien, met een diameter van ongeveer 3 boogminuten. De beste tijd van het jaar om Messier 56 waar te nemen is gedurende de zomermaanden.
Messier 56 beslaat een gebied van 8,8 boogseconden hetgeen overeenkomt met een lineaire diameter van ongeveer 84 lichtjaar. De bolhoop heeft een massa van 230.000 zonsmassa. De leeftijd is geschat op 13,7 miljard jaar.
De bolhoop heeft slechts 1% van de metalliciteit van de Zon, oftewel de abundantie van elementen die zwaarder zijn dan waterstof en helium. Het algemene spectraaltype van de bolhoop is F5. De bolhoop nadert ons met een snelheid van 145 km/s.
De helderste sterren in Messier 56 zijn van de 13de magnitude en de 235 helderste sterren hebben een gemiddelde visuele helderheid van magnitude 15,3. Het is bekend dat de bolhoop ongeveer een dozijn variabelen kent, waaronder de RV Tauri-variabele V6, de onregelmatige variabele V2, de semi-regelmatige variabele V3 en de Cepheïde-variabele V1.
Messier 56 volgt een retrograde baan door de Melkweg met een geschatte snelheid van 177 km/s. de bolhoop bevindt zich op ongeveer 31.000 tot 32.000 lichtjaar van het galactische centrum en 4800 lichtjaar boven het galactische vlak.
De eigenschappen van Messier 56 wijzen erop dat de bolhoop mogelijk deel is gaan uitmaken van ons sterrenstelsels toe dit een dwergsterrenstelsel opslokte. De kern van het kleinere dwergsterrenstelsel zou bewaard zijn gebleven als Omega Centauri, de beroemde bolhoop in het sterrenbeeld Centaurus.
Messier 56 bevindt zich relatief dicht bij Messier 57, de beroemde Ringnevel, en het enige andere Messier-object in de Lier.
De bolhoop werd op 19 januari 1779 door Charles Messier gevonden. Hij noteerde het volgende:
Nevel zonder sterren, met weinig licht; M. Messier ontdekte deze nevel op dezelfde dag dat hij de komeet van 1779 vond, op 19 januari. Op de 23e bepaalde hij de positie ervan door deze te vergelijken met de ster 2 Cygni, volgens Flamsteed: hij bevindt zich in de buurt van de Melkweg en dichtbij bevindt zich een ster van de 10e magnitude. M. Messier rapporteerde dit op de kaart van de komeet van 1779.
William Herschel was de eerste die Messier 56 rond 1784 in sterren oploste. Hij beschreef het als een “bolhoop van zeer samengeperste kleine sterren met een diameter van ongeveer 4 of 5 minuten”.
John Herschel catalogiseerde in 1825 de bolhoop als h 2036 en voegde hem later als GC 4485 toe aan de General Catalogue, waarbij hij de bolhoop beschreef als een “bolvormige sterrenhoop; helder; groot; onregelmatig rond; geleidelijk sterk samengeperst naar het midden toe; goed opgelost; sterren van de 11e tot de 14e magnitude”.
Messier 56 – NGC 6779
| Type object | Bolhoop, bolvormige sterrenhoop |
| Klasse | X |
| Namen en aanduidingen | Messier 56 NGC 6779 |
| Sterrenbeeld | Lyra – Lier |
| Afstand (lichtjaar – parsec) | 32.900 – 10.100 |
| Leeftijd (miljard jaar) | 13,7 |
| Aantal sterren | 80.000 |
| Schijnbare helderheid (magnitude) | 8,3 |
| Schijnbare grootte (boogminuten) | 8,8 |
| Straal (lichtjaar) | 42 |
Locatie
Eerste publicatie: 31 juli 2025
Bron: Wikipedia, messier-guide & anderen
