31 Euphrosyne
31 Euphrosyne werd op 1 september 1854 gevonden door James Ferguson. Het was de eerste asteroïde die vanuit Noord-Amerika werd gevonden. Het is een erg jonge en grote asteroïde (nummer 7). De asteroïde is vernoemd naar Euphrosyne, een van de Gratiën uit de Griekse mythologie.
In 2019 werd er een kleine begeleider gevonden. Het is de op twee na meest ronde asteroïde (na 1 Ceres en 10 Hygiea). Men denkt dat dit is veroorzaakt doordat de asteroïde na een botsing opnieuw is samengeklonterd en dat dit niet in de buurt van het hydrostatisch equilibrium plaatsvond.
Waarnemingen
Euphrosyne bevindt zich aan de buitenkant van de asteroïdengordel en het is een behoorlijk donkere asteroïde. De asteroïde is met een verrekijker niet zichtbaar, de best mogelijke visuele helderheid bedraagt magnitude 10,2 en dat is zwakker dan de 30 eerder gevonden asteroïden.
Euphrosyne heeft een grote baaninclinatie en nodes die in de buurt van het perihelium en aphelium liggen. Tijdens een oppositie in de buurt van het perihelium bevindt de asteroïde zich voor waarnemers aan het noordelijk halfrond erg hoog aan de hemel en is de asteroïde dus onzichtbaar voor waarnemers op zuidelijke breedtegraden zoals Chili en Nieuw-Zeeland.
Oppervlak
Euphrosyne is een C-type asteroïde met een primitief oppervlak dat mogelijk bedekt is met uitgeworpen materiaal van een botsing waarbij zijn maan en de familie van Euphrosyne-asteroïden ontstond. Er zijn geen diepe bassins en alle krater met een diameter van meer dan 40 kilometer moeten een vlakke vloer hebben om niet zichtbaar te zijn in de VLT-opnames. Dit komt overeen met een ijzige C-type asteroïde. Het ontbreken van kraters kan ook komen doordat het oppervlak nog erg jong is.
Massa en dichtheid
De ontdekking van een maantje maakte het in 2020 mogelijk om een nauwkeurige massaberekening uit te voeren. De asteroïde heeft een massa van 1,7 * 1019 kg en een dichtheid van 1,7 g/cm. De lage dichtheid suggereert dat de asteroïde voor de helft uit waterijs bestaat aannemende dat de interne porositeit 20% bedraagt.
In 2019 werd er een maantje gevonden dat vermoedelijk het resultaat van de botsing is waarbij ook de gehele familie van asteroïden werd gemaakt. Uit voorlopige baanberekeningen volgt een periode van ongeveer 1,2 dagen en een gemiddelde afstand tot Europhrosyne van 670 kilometer. Opnames gemaakt met de VLT duiden op een diameter van 4 kilometer waarbij men aanneemt dat het albedo hetzelfde is als het albedo van Euphrosyne.
Euphrosyne in cijfers
Aanduiding | (31) Euphrosyne |
Alternatieve aanduiding | A907 GP; A918 GB |
Locatie | Hoofdgordel |
Aphelium (AE) | 3,8523 |
Perihelium (AE) | 2,4585 |
Gemiddelde afstand tot de Zon (AE) | 3,1554 |
Baanexcentriciteit | 0,2209 |
Baanperiode (dagen) | 2041,585 |
Gemiddelde baansnelheid (km/s) | — |
Inclinatie (°) | 26,3033 |
Bekende manen | 1 |
Afmetingen (km) | 294 * 280 * 248 |
Gemiddelde diameter (km) | 268 |
Volume (km3) | — |
Massa (kg) | 1,7 * 1019 |
Gemiddelde dichtheid (g/cm3) | 1,66 |
Rotatieperiode (dagen) | 0,230400 |
Absolute helderheid (magnitude) | 6,74 |
Visuele helderheid (magnitude) | 10,16 |
Euphrosyne 1 – maan
Aanduiding | s/2019 (31) 1 |
Alternatieve aanduiding | Euphrosyne 1 |
Ontdekkingsdatum | 15 maart 2019 |
Aphelium (AE) | 3,8523 |
Perihelium (AE) | 2,4585 |
Gemiddelde afstand tot Euphrosyne (km) | 672 |
Baanexcentriciteit | 0,043 |
Baanperiode (dagen) | 1,209 |
Gemiddelde baansnelheid (km/s) | — |
Inclinatie (°) | 1,4 |
Bekende manen | — |
Afmetingen (km) | — |
Gemiddelde diameter (km) | 4 |
Volume (km3) | — |
Massa (kg) | — |
Gemiddelde dichtheid (g/cm3) | — |
Rotatieperiode (dagen) | — |
Absolute helderheid (magnitude) | — |
Visuele helderheid (magnitude) | — |
Eerste publicatie: 26 oktober 2021