Astronomisch Nieuws

Vandaag begint op het noordelijk halfrond de astronomische herfst

Vandaag begint om 08:50 uur officieel de herfst op het noordelijk halfrond.

Equinox: vier zwart-wit satellietbeelden van de halve aarde, met verschillende seizoenshellingen.
Satellietbeelden van de aarde op de zonnewendes en equinoxen. Van links naar rechts, een zonnewende in juni, een equinox in september, een zonnewende in december en een equinox in maart. Credit: NASA.

 Wanneer is de eerste herfstdag in 2023?

Een zorgvuldig geformuleerd antwoord is dat op zaterdag 23 september 2023 om 08:50 uur Nederlandse tijd op het noordelijk halfrond de astronomische herfst begint en de lente begint op het zuidelijk halfrond. De Zon migreert momenteel naar het zuiden, nadat hij de afgelopen zes maanden direct op de noordelijke helft van onze planeet heeft geschenen.

Dus op de officiële starttijd van de herfst zou de Zon vanaf een schip op de evenaar recht boven ons verschijnen.

We noemen deze gebeurtenis een equinox, van het Latijnse woord voor “gelijke nacht”, verwijzend naar het feit dat dag en nacht dan wereldwijd even lang duren. Maar dit is niet noodzakelijkerwijs zo.

Niet zo gelijk

De definitie van de equinox als een tijd van gelijke dag en nacht is een gemakkelijke vereenvoudiging. Om te beginnen wordt de nacht simpelweg beschouwd als de tijd dat de Zon onder de horizon staat en wordt de schemering volledig genegeerd.

Als de Zon niets meer was dan een lichtpuntje aan de hemel en als de Aarde geen atmosfeer had dan zou de Zon op het moment van de equinox inderdaad de helft van zijn baan boven de horizon doorbrengen en de helft eronder. Maar in werkelijkheid verhoogt de atmosferische breking de schijf van de Zon met de meer dan zijn eigen schijnbare diameter terwijl deze opkomt of ondergaat. Als we de Zon dus als een roodoranje bal aan de horizon zien, hebben we te maken met ene optische illusie. De Zon bevindt zich dan eigenlijk volledig onder de horizon.

Naast de breking die de zonsopkomst bespoedigt en de zonsondergang vertraagt is er nog een factor die ervoor zorgt dat tijdens de equinox het daglicht langer duurt dan de nacht: zonsopkomst en zonsondergang worden gedefinieerd als de tijden waarop het eerste of laatste stipje van de bovenste rand van de Zon – en niet het midden van de schijf – zichtbaar is boven de horizon.

En dit is de reden waarom, als je er een almanak of weerpagina die de plaatselijke zonsopkomst en ondergangstijden voor vandaag op na slaat je zal zien dat de duur van de dag, oftewel de hoeveelheid tijd tussen zonsopkomst en zonsondergang nog steeds iets meer dan 12 uur duurt en niet precies 12 uur zoals de “equinox” suggereert.

In het midden van Nederland komt de Zon op om 07:27 uur en gaat onder om 19:37 uur. De hoeveelheid daglicht is dus niet 12 uur maar 12 uur 10 minuten. Het duurt tot 25/26 september voordat dag en nacht even lang zijn

En op de noordpool tekent de Zon momenteel een cirkel van 360° rond de hemel waarbij het lijkt alsof de Zon net boven de rand van de horizon scheert. Op het moment van de equinox van dit jaar zou de Zon theoretisch volledig uit zicht moeten verdwijnen. Pas 52 uur en 10 minuten later zal het laatste stipje van de bovenste rand van de Zon eindelijk volledig uit het zicht verdwijnen.

Dit sterke brekingseffect zorgt er ook dat de zonneschijf ovaal lijkt als deze zich dichtbij de horizon bevindt. De mate van breking neemt zo snel toe naarmate de Zon de horizon nadert, dat het onderste deel van de Zon meer wordt opgetild dan het bovenste, waardoor de zonneschijf merkbaar wordt vervormd.

Niet zo donker als het lijkt

Bepaalde astronomische mythen blijven hardnekkig bestaan. Eén daarvan is dat het hele Noordpoolgebied zes maanden daglicht en zes maanden duisternis ervaart. Vaak wordt met “nacht” simpelweg de tijd bedoeld dat de Zon onder de horizon staat, alsof er geen schemering bestaat.

Deze misvatting wordt herhaald in talloze aardrijkskundeboeken, maar ook in reisartikelen en reisgidsen. Maar de schemering verlicht de hemel tot op zekere hoogte wanneer de bovenrand van de Zon zich minder dan 18° onder de horizon bevindt. Dit markeert de grens van de astronomische schemering wanneer de hemel inderdaad van horizon tot horizon volkomen donker is. Je gebalde vuist op armlengte gezien komt ongeveer overeen met 10° van de hemel.

Er zijn nog twee andere soorten schemering. Er is sprake van burgerlijke schemering als de Zon minder dan 6° onder de horizon staat. Dit wordt losjes gedefinieerd als het moment waarop de meeste buitenactiviteiten overdag kunnen worden voortgezet na zonsondergang. Sommige media geven een tijdstip aan waarop je de koplampen van je auto moet inschakelen. Die tijd komt meestal overeen met het einde van de burgerlijke schemering.

Dus zelfs op de Noordpool, terwijl de Zon vanaf 25 september zes maanden uit het zicht verdwijnt, is het nauwelijks het geval om te stellen dat er onmiddellijk sprake is van “totale duisternis”. In feite eindigt de burgerlijke schemering daar pas op 8 oktober.

Wanneer de Zon 12° onder de horizon zakt markeert dit het eindelijke van de nautische schemering, wanneer een zeehorizon moeilijk is te onderscheiden. In feite zullen de meeste mensen het einde van de nautische schemering beschouwen als het begin van de nacht. Op de Noordpool moeten we tot 25 oktober wachten voordat de nautische schemering voorbij is.

Tenslotte eindigt de nautische schemering – wanneer de hemel inderdaad volledig donker is – op 13 november. Het blijft dan op de Noordpool voortdurend donker tot 29 januari, wanneer de schemeringscycli opnieuw beginnen. Op de Noordpool duurt de duisternis van 24 uur dus bijna elf weken en niet zes maanden.

Eerste publicatie: 23 september 2023
Bron: space.com & anderen