De ringen van Uranus
De ringen van Uranus zijn min of meer per toeval ontdekt toen twee teams van astronomen in 1977 een sterbedekking door Uranus wilden waarnemen. Het ging om een bedekking van de ster SAO 158687 door Uranus.
Astronomen van het Kuiper Airborne Observatory en van de Perth Sterrenwacht in Australië zagen de ster verschillende malen knipperen voor deze door Uranus werd bedekt. Het knipperen werd veroorzaakt door de ringen die het sterlicht tegenhielden. Het Australische team was dermate verrast dat ze drie ringen hebben gemist omdat ze hun apparatuur aan het controleren waren of daar geen fouten in zaten.
Het team van het Kuiper Airborne Observatory (een sterrenwacht in een vliegtuig vernoemd naar de Nederlandse astronoom Gerard Kuiper) kon als eerste de ontdekking van verschillende ringen wereldkundig maken. De ringen werden Alpha, Beta, Gamma, Delta en Epsilon genoemd in volgorde van toenemende afstand van de planeet. Het team in Perth kon achteraf 6 dipjes in het sterlicht identificeren, ze nummerden de ringen 1 tot en met 6.
Na een nieuwe analyse en aanvullende waarnemingen door de Voyager 2 in 1986 zijn er nu 13 ringen geïdentificeerd. Op 22 december 2005 werden op beelden van de Hubble Space Telescope nog eens twee zwakke ringen gevonden. In volgorde van afstand vanaf de planeet zijn de ringen nu als volgt genoemd: 1986U2R, 6, 5, 4, Alpha, Beta, Eta, Gamma, Delta, Lambda, Epsilon, Nu en Mu. Enkele grotere ringen zijn omringd door een gordels van heel fijn stof.
Naam | Afstand tot de planeet* (kilometer) |
Breedte (kilometer) |
Zeta (1986 U2R) | 39.600 | 3500 |
6 | 41.840 | 1 – 3 |
5 | 42.230 | 2 – 3 |
4 | 42.580 | 2 – 3 |
Alpha | 44.720 | 7 – 12 |
Beta | 45.670 | 7 – 12 |
Eta | 47.190 | 0 – 2 |
Gamma | 47.630 | 1 – 4 |
Delta | 48.290 | 3 – 9 |
Lambda (1986 U1R) | 50.020 | 1 – 2 |
Epsilon | 51.140 | 20 – 100 |
Nu (R/2003U2) | 67.300 | 3800 |
Mu (R/2003 U1) | 97.700 | 17.000 |
Meer over Uranus
Eerste publicatie: 3 november 2013
Laatste keer bewerkt op: 17 oktober 2017